× 
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.

Sluit het venster om te blijven.

           
welkom menu contactzoeken
HeiligenkalenderHeiligen op naamPatroonheiligenHedendaagse namenMeer...
 Pater Dries van den Akker s.j., de auteur van de hagiografieën, overleed 30 oktober 2022
† 250-300  Eucharius van Trier

Info afb.

Eucharius van Trier, Duitsland; geloofsverkondiger & 1e bisschop; † 2e helft 3e eeuw.

Feest 8 & 9 (Trier) & 10 december.

Eucharius geldt als de eerste bisschop van Trier.
Volgens de legende was hij tezamen met Valerius († vóór 350; feest 29 januari) en Maternus († na 314; feest 14 september), respectievelijk de tweede en derde bisschop, nog door Sint Petrus vanuit Rome naar het Rijnland gezonden om er Christus te verkondigen.

Het komt bij middeleeuwse vertellers van geloofsverhalen vaak voor dat de paus niet aangeduid wordt met de woorden 'opvolger van Petrus', maar kortweg 'Petrus'. Daarmee werd bereikt dat de heilige veel dichter bij de bron van het geloof kwam te staan. In ieder geval horen we eraan dat de geloofsverkondiging van de heilige in de oren van de toehoorders direct uit de bron van het evangelie leek te komen.

Legende
Het was Petrus, de prins der apostelen zelf, die Maternus met twee gezellen, Eucharius en Valerius geheten, vanuit Rome naar de Germanen langs de Rijn zond om hun het evangelie te gaan verkondigen. Na een tocht vol ontberingen en ongemak, kwamen ze tenslotte aan in het gebied dat tegenwoordig de Elzas heet; in de buurt van het plaatsje Ell. Door alle mislukkingen en vergeefse inspanningen was Maternus volkomen uitgeput geraakt. Hij werd ziek, moest het bed houden en stierf. Zijn beide gezellen gingen wanhopig terug naar Rome om aan Petrus te gaan vertellen over de mislukking van hun onderneming. De vorst der apostelen schrok hevig. Hij wierp zich op zijn knieën neer en begon God te bidden om hulp en uitkomst. Zijn gebed werd verhoord in één van zijn dromen.

Daarop overhandigde hij aan Valerius en Eucharius zijn bisschopsstaf en beval hun naar het graf van hun gestorven vriend terug te gaan en hem te doen opstaan: "Zeg hem maar dat de tijd voor de eeuwige rust voor hem nog niet gekomen is." Vol vertrouwen brachten ze ten uitvoer wat Petrus hun had opgedragen: met de staf raakten ze Maternus aan, die er nog geheel gaaf en als een slapende bijlag. De afgestorvene opende zijn ogen en stond op. Bij het zien van dit wonder kwamen de mensen in drommen naar hen toe om zich te laten dopen. Zo zou de grondslag zijn gelegd voor de kerken van Straatsburg, Trier, Keulen en Luik.
[109p:587-588;147p:9-17]

Wellicht op grond van deze legende leefde de overtuiging bij de middeleeuwse gelovigen, dat Maternus dezelfde was als de jongeling van Naïm, die destijds door Jezus zelf nog uit de doden was opgewekt (Lukas 07,12). Vervolgens zou hij behoord hebben tot de zeventig die Jezus voor zich uit had gezonden om zijn komst voor te bereiden (Lukas 10,01), maar op de voor het merendeel legendarische naamlijsten die sinds de eerste eeuwen zijn opgesteld van de zeventig, komt zijn naam nergens voor.

Geschiedkundigen nemen aan dat hij na de christenvervolgingen onder keizer Decius (249-251) in functie trad. Hij bouwde een bidkapel, die gelegen moet hebben naast de huidige St-Matthiasabdij.

Volgens de overlevering zou hij drieëntwintig jaar lang het ambt van bisschop hebben uitgeoefend. Hij stierf op een 8e december en werd bijgezet in de grafkapel van de voorname weduwe Albana. Dit monument ging verloren tijdens de Volksverhuizingen. Maar in de 5e eeuw werd het door bisschop Cyrillus opnieuw opgebouwd; vlakbij de plek van het vorige gebouw stichtte hij voor Sint Eucharius een grotere bidkapel.

Verering & Cultuur
Zijn relieken bevinden zich thans - tezamen met die van zijn opvolger Sint Valerius - in de crypte van de huidige St-Matthiasbasiliek; ook Lissabon heeft een aantal partikels. Hij wordt vereerd als een van de patroons van Trier. Daarnaast wordt hij aangeroepen tegen de pest (zie daarvoor Sint Nicetius: † ca 566; feest 5 december). We vinden Valerius' afbeelding op het eerste stadszegel van Trier uit de 13de eeuw.

Hij wordt afgebeeld als bisschop (tabberd, mijter, staf) met pallium; met draak, hond (daarmee wordt aangeduid de hellehond of het heidendom waartegen Eucharius preekte), duivel of Venus; met model van de dom van Trier.


Bronnen
[000»Gangulf-Trier:bk:49; Bei.1983; Bri.1953; GTV.1985p:157; Gué.1880/11p:111;HiH.1987p:71; Kr1.1898p:58; Kr2.1898/2p:4; Lin.1999; Oe1.1985p:133.5; Rgf.1991; S&S.1989»12.09; Süt.1941p:116; Dries van den Akker s.j./2007.11.24]

© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen

VoorwoordHoe wordt men heilig?
© AuteursrechtWoordenboek
LeeswijzerGastenboek
Bronnen