×
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
Info afb. |
Godelieve (ook Godelaine, Godeleipa, Godeleva, Godelewa, Godeliph, Godoleva of Gotlieba) van Gistel, Vlaanderen, België; martelares; † 1070.
Feest 6 juli.
Zij werd rond 1045 geboren op slot Londefort in Wierre-Effroy in het Vlaamse graafschap Boulogne. Haar vader heette Heinfried, haar moeder Odgiva. Volgens de gewoonte van die tijd werd zij uitgehuwelijkt; de keuze van haar vader was gevallen op heer Bertolf van Snipgate bij Gistel in Vlaanderen.
Maar Godelieve viel niet in goede aarde bij haar schoonmoeder, vrouwe Iselinde. Bertolf trok nog op de huwelijksdag bij zijn moeder in. Godelieve, die ervan gedroomd had burchtvrouwe te worden, verbande hij naar een onderhorige boerderij, waar zij zwaar werk moest doen en slechts een homp brood te eten kreeg. Latere gelovigen voegen eraan toe, dat de helft van haar voedsel nog naar de armen ging.
Aanvankelijk probeerde zij haar verdriet biddend te verwerken. Maar toen om haar heen de praatjes en pesterijen almaar erger werden, vluchtte zij naar haar vader.
Deze was woedend vanwege de schande hem en zijn dochter aangedaan. Hij wendde zich tot graaf Boudewijn van Vlaanderen en bisschop Radboud van Doornik om hulp. Inderdaad kwam er een verzoening tot stand. Bertolf nam zijn wettige vrouw tot zich en veinsde beterschap.
Maar in de nacht van 6 juli 1070 werd zij door twee van zijn dienaren, Lantbert en Hacca, naar buiten gelokt en met een doek gewurgd. Vervolgens gooiden zij haar in een put om de schijn te wekken, dat zij verdronken was. Volgens de legende werd het water van de put opeens glashelder en de stenen waarop de moord was gepleegd kleurden blinkend wit.
Hoewel Bertolf met veel misbaar maakte om te laten zien dat hij verdriet had om het verlies van zijn vrouw, werd hij door niemand uit zijn omgeving serieus genomen.
Verering & Cultuur
Al gauw zagen de mensen Godelieve aan voor een heuse martelares; zij begonnen haar als een heilige te vereren en riepen haar hulp in bij hun noden. Tot de opzienbarende wonderen die aan haar bemiddeling worden toegeschreven, behoort de genezing van het blinde meisje Edith, dochter uit het tweede huwelijk van haar voormalige echtgenoot Bertolf, en niet in het minst de bekering van Bertolf zelf. Op latere leeftijd trok hij zich terug in de benedictijer abdij van St-Winoksbergen. Daar zou een van zijn medebroeders, Drogo, een levensbeschrijving van haar samenstellen: de 'Vita Godeliph'. Waarschijnlijk heeft hij zijn gegevens nog uit de mond van Bertolf zelf opgetekend. Op 30 juli 1084 werden Godelieve's relieken door de bisschop van Doornik verheven tot de eer der altaren; dat stond in die tijd gelijk aan een heiligverklaring.
Op de plaats van haar dood verrees een abdij, met de toepasselijke naam Ten Putte. Tot op de dag van vandaag trekken er talloze pelgrims naartoe om er te drinken van het gemeeskrachtige water en om Godelieve's graf te bezoeken in de parochiekerk van Gistel. Sinds 1458 vindt hier op de eerste zondag na 5 juli de Godelieveprocessie plaats, een dag waarop godeliefkoeken worden gebakken.
Zij is patrones van Gistel en Brugge; van kleermakers en naaisters (waarschijnlijk vanwege de doek waarmee ze werd gewurgd); van leurders (omdat ze zo vaak vergeefs aanklopte om begrip en hulp?).
Haar voorspraak wordt ingeroepen bij keelpijn en koorts; tegen keel- en oogziekten (dat laatste vanwege de genezing van Edith); daarnaast wordt zij aangeroepen bij echtelijke ruzies en last van boze schoonmoeders.
Zij wordt afgebeeld als maagd met een koord, strop of sjaal om de hals of in de hand; bij een put met bronwater.
Weerspreuk(en)
'Als het op Sint Godelieve regent,
vult ze haar putje voor veertig dagen.'
'Regen op Sint-Godelieve,
zal u drie weken van water gerieven.'
'Regen op Sint-Godelieve,
zal u zes weken gerieven'
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen