×
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
Info afb. |
Albericus (ook Albricus) van Utrecht osb, Nederland; 4e bisschop; † 784.
Feest 4 maart & 21 augustus & 8 (met alle heilige bisschoppen van Utrecht) & 14 & 27 november.
Volgens de een zou hij afkomstig zijn uit de Engelse plaats York; anderen houden vol, dat hij van Frankische adel was en als hoveling verbleef aan het hof van Karel de Grote (†814; feest 28 januari). Hoe dan ook, op een goed moment trad hij in bij de benedictijnen en stond aan het hoofd van het St-Martinusklooster in Keulen. In 777 werd hij in Keulen tot bisschop van Utrecht gewijd, als opvolger van zijn oom Sint Gregorius († ca 775; feest 26 augustus). Dat de wijding in Keulen gebeurde, mag ons verbazen. Op dat moment was Keulen nog geen aartsbisdom. En enkele jaren tevoren had Bonifatius († 754; feest 5 juni) ervoor gevochten om Utrecht uit de invloedssfeer van Keulen te houden.
Albericus was het die naast andere priesters Sint Ludger († 809; feest 26 maart) erop uit stuurde: eerst naar Deventer om daar zowel het werk als de kerk van Lebuďnus († ca 780; feest 12 november) weer op te bouwen, en vervolgens naar de Groninger gouwen, waar Bonifatius zo'n dertig jaar eerder was vermoord. Hij was een vriend van Karel de Grote’s leermeester en raadsman, de monnik Alcuinus († 804; feest 19 mei).
Legende
Volgens de legende zou Karel de Grote († 814; feest 28 januari) eens zijn bisdom hebben behoed voor de ondergang. Als tegenprestatie beloofde Albericus voor hem een slot te bouwen. In een paar weken was het werk geklaard. Hij voorspelde Karel, dat het slot even veel jaren zou standhouden, als de bouw ervan dagen had geduurd. Dat zou de verklaring zijn van de bouw en verwoesting van het Valkhof te Nijmegen.
Albericus stierf in 784, het jaar waarin Ludger vanuit Dokkum moest vluchten voor de gewelddadige opstand van de toen nog niet bekeerde Sakser Widukind († ca 807; feest 7 januari). Men is niet zeker van Albericus' sterfdag: gegeven worden 14 november en 21 augustus. Hij zou begraven zijn in de St-Salvatorkerk te Utrecht. Thans wordt algemeen aangenomen, dat zijn stoffelijk overschot in de kloosterkerk van Susteren terecht is gekomen.
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen